1. Daniel S. Burt, (2001). The biography book: een non-fictie lezersgids, fictief, en film biografieën
van meer dan 500 meest boeiende individuen aller tijden. Greenwood Publishing Group. P. 315. ISBN
1-57356- 4., Extract van bladzijde 315.
2. Isaac Newton
A. “Maar het was een koninkrijk, verschillend van de andere tien koninkrijken, een leven of ziel
hebbend eigenaardig op zichzelf, met ogen en een mond. Met de ogen van een Ziener; met de mond
grote dingen sprekend en tijden en wetten veranderend, het was een Profeet zowel als een Koning.
En een dergelijk Ziener, Profeet en Koning, is de Kerk van Rome.”-Newton, ‘Observations’pp.16 ff.
3. King James:
A. James I, ‘Premonition, in Workes’pp. 308-310
B. James I, ‘Paraphrase, in Workes’pp.47,57
C. James I, ‘Paraphrase, in Workes’hoofdst.13, ‘Argument’pg.39
4. Luther
A. “Wij zijn ervan overtuigd dat het pausdom de zetel is van de enige echte Antichrist, tegen wiens
misleiding en verdorvenheid alles geoorloofd is ter redding van zielen. Persoonlijk verklaar ik dat ik
de Paus geen andere gehoorzaamheid schuldig ben dan dat van de Antichrist.” Luther, ‘Schriften’
vol. 15, col. 1639; zie ook ‘Schriften’vol.18, cols.1470ff, 1512,1513
Sluit verwijzingen
5. Johannes Calvijn
A. “Ik ontken dat bisdom apostolisch te zijn, waarin niets anders dan schokkende afval gezien word-
ik ontken dat hij de plaatsbekleder van Christus is, die, door zijn woedende vervolging van het
evangelie, door zijn gedrag laat zien dat hij de Antichrist is…” Calvijn, ‘Tracts’vol.1,pp.219,220; zie ook
Guiness, ‘Romanism’, p.236.
B. “Daniël en Paulus voorspelden dat de Antichrist zich in de tempel van God zou zetten. Wij
bevestigen dat het hoofd van dat vervloekte en gruwelijke koninkrijk, in de westerse kerk, de paus is.
Wanneer zijn zetel is geplaatst in de tempel van God, beweert hij dat dit koninkrijk dusdanig zal zijn,
dat hij de naam van Christus of de kerk niet teniet zal doen. Vandaar dat het lijkt, dat wij onder geen
beding ontkennen dat kerken recht van bestaan hebben, zelfs onder zijn tirannie; maar hij heeft ze
ontheiligt door heiligschennende goddeloosheid, ze wreed despotisme aangedaan, ze bedorven en
bijna vernietigd door middel van foute en verdorven doctrines; gelijk gif, in dergelijke kerken, ligt
Christus half begraven, het evangelie word onderdrukt, vroomheid vernietigd, en de aanbidding van
God bijna teniet gedaan; in één woord, zij zijn allen tezamen in zulk een staat van verwarring, dat zij
eerder een toonbeeld van Babylon zijn, dan van de heilige stad van God.”-Calvijn,
‘Institutes’vol.2,pp.314, 315. De Engelse vertaling van 1561, fol.15V, geeft dezelfde gedachten weer,
enkel in de vreemde maar vaak levendiger verwoording van die tijd.
C. “Sommige mensen vinden ons te streng en vitterig als wij de Roomse paus de Antichrist noemen.
Maar zij die deze mening zijn toegedaan vergeten dat zij dezelfde vooringenomen beschuldiging
tegen Paulus zelf inbrengen, naar wiens voorbeeld wij spreken en wiens taal wij overnemen. En
mocht iemand tegenwerpen dat wij ten aanzien van de Roomse paus de woorden van Paulus
onbehoorlijk toepassen, die een ander onderwerp zijn toegedaan, zal ik kort laten zien dat zij niet in
staat zijn tot een andere interpretatie te komen dan die, die van toepassing is op het pausdom…”
–Calvijn, ‘Institutes’vol.2.pp.410,411 (in 1561 ed.,fol.45v)
Sluit verwijzingen
6. Wycliffe
A. “De paus is antichrist op deze aarde,”- The English Works of Wycliff Hitherto Unprinted,”pp.458 ff
B. Trench, op. cit.,p.312
7. Thomas Cramner
A. “En wat de paus betreft, ik weiger hem omdat hij de vijand is van Christus en de antichrist, met al
zijn foute leringen.”-Cramner, “Works,’vol.2, appendix,p.566
8. John Knox
A. “Nam de tekst die in Daniël hoofdstuk 7: 24,25 staat, en die begint als volgt: en na hen zal een
ander opstaan. Die zal verschillen van die er eerder geweest waren. Drie koningen zal hij vernederen.
Woorden tegen de Allerhoogste zal hij spreken, de heiligen van de Allerhoogste zal hij te gronde
richten. Hij zal erop uit zijn bepaalde tijden en de wet te veranderen, en zij zullen in zijn hand worden
overgegeven voor een tijd, tijden en een halve tijd, &c. Aan het begin van zijn preek, toonde hij de
grote liefde van God voor Zijn Kerk, die Hij waarschuwde voor de komende gevaren, zoveel jaren
vóór zij zouden plaatsvinden. Hij behandelde in het kort de toestand van de Israëlieten die toen in
slavernij waren in Babylon, de toestand van de Perzen, de Grieken, en als vierde de Romeinen; van
waaruit de verwoesting, het laatste Beest verrees, van wie hij bevestigde dat dit de Roomse Kerk
was; want op geen enkele andere tot dan toe bestaande macht, hebben al de aanwijzingen die God
de profeet bekend maakte betrekking, behalve dan op deze macht. En zij zijn zó uitermate van
toepassing op deze, dat men wel blind moet zijn, wil men dit niet duidelijk zien.”-Knox, ‘The Historie
of the Reformation of Religioun Within the realm of Scotland, ‘boek 1,pp.75,76
9. The Prophetic Faith of our Fathers’ Le Roy Edwin Froom
Sluit verwijzingen
10. Daniëls historische beschrijving van Vier Grootmachten
A. “De tweede profetie is dat…in het tweede hoofdstuk van Daniël met betrekking tot de droom van
Nebukadnezar, aan wie het visioen verscheen met de vier beelden, die vier monarchieën voorstellen,
zodat het gouden hoofd het Assyrische koninkrijk voorstelt, -zoals Daniël op diezelfde plaats uitlegt-
het tweede koninkrijk voorgesteld door de borst en de armen van zilver, was het koninkrijk van de
meden en Perzen, en het derde koninkrijk, voorgesteld door de buik en dijen van koper, was het
koninkrijk van de Grieken. Want wij lezen in het achtste hoofdstuk van Daniël, hoe hij de ram zag, die
zijn hoorns richting het westen zwaaide, het noorden en het zuiden, en hoe alle dieren niet tegen
hem opgewassen waren, of uit zijn hand verlost werden. En naderhand verklaart Daniël dit als
betrekking hebbend op de koning van de meden en Perzen, en het visioen waarin hij de bok met één
hoorn zag die de ram overwon, verklaart Daniël als betrekking hebbend op de koning van
Griekenland, hetgeen hij bewees na dat de gebeurtenis had plaatsgevonden, zoals te zien is in het
achtste hoofdstuk van Daniël en het eerste van de maccabeën, aangaande Alexander de Grote.
Bovendien word het vierde deel van het beeld, voorgesteld door de voeten van ijzer, uitgelegd als
betrekking hebbend op de koning van de Romeinen, die door burgerlijke wetten en oorlogen de vier
hoorns overmocht die uit Alexander voortkwamen.- Vertaald uit ‘De Veritate Sacrae Scripturae’ van
Wycliff vol.3.pp.262,263
B. Door de eeuwen heen, hebben geleerden twee alternatieven interpretaties voorgesteld ten
aanzien van de identificatie van de vier koninkrijken in Daniël 2. Het oudste uitgangspunt behelst dat
de Meden en Perzen tot één koninkrijk verenigd waren, als Medo-Perzië. Het tegenovergestelde
gaat ervan uit dat de koninkrijken gescheiden waren aan de hand van het verslag van Daniël.
Historische interpretatie
Het volgende uitgangspunt is traditioneel gezien meer overheersend onder christelijke geleerden, die
de vier koninkrijken identificeren als het verenigde Medo-Perzië:
1.Hoofd van goud - Babylon
2.Borst en armen van zilver – Medo-Perzië
3.Buik en dijen van koper - Hellenistisch Griekenland
4.Benen van ijzer - Rome
5.Voeten gedeeltelijk van ijzer en klei - Het verscheurde Romeinse Rijk
Aanhangers van dit uitgangspunt sinds de klassieke oudheid door de middeleeuwen heen zijn: Flavius
Josephus, Hippolytus, Augustine, Thomas Aquinas, en Martin Luther. Joodse exposanten staan hier
ook achter, zoals: Japet Ibn Ali, Saadia, Rashi, Abraham Ibn Ezra. Moderne geleerden die dit
aanhangen zijn: E.J. Young, Zevende dag Adventist Pfandl, en John F. Walvoord. Evangelischen zoals
Henrietta C. Mears en Billy Graham delen ook dit uitgangspunt.–http://en.wikipedia.org/wiki/Daniel 2
Sluit verwijzingen
11.”The Next World Superpower, Ancient Prophecies, Global Events, an Your Future”Mark Finley
12.”Koningen” en “koninkrijken” zijn verwisselbare concepten in Daniël 7. Voorbeeld: er wordt in
Daniël 7: 17 naar de vier dieren verwezen als “koningen” en in vers 23 als “koninkrijken”.
13.anti-L. anti uit Gk. Anti “tegen, tegenovergesteld, in plaats van,”uit PIE* anti.
http://dictionary.reference.com/browse/anti?s=t
14.2 Thessalonicenzen 2:3
15.Openbaring 13:1
16.Daniël 7:8
17.Openbaring 17:1
18.Vertaald uit Wyclifs “De Veritate Sacrae scripturae”, vol.3,pp.262,262
19.”Daniël en Openbaring” Uriah Smith p.117
20.”Daniël en Openbaring”Uriah Smith pp.121-128
21.Albert Barnes. “Notes on Daniël.”p.328 commentaar op Daniël 7:25; William E. H. Lecky, “History
of the Rise and Influence of the Spirit of Rationalism in Europe.”Vol, II pp.35,37; John Dowling, “The
History of Romanism,”p.547
Sluit verwijzingen
22. Drie Arische Stammen
A.”Daniël the Seer of Babylon,”p.64-Gerhard Pfandl;
http://biblicalresearch.gc.adventist.org/Books/Daniel%20the%20Seer.pdf
B.”Future Glory,”pp. 24-27- Angel Manuel Rodriguez
http://www.adventistbiblicalresearch.org/Books/Future%20Glory.pdf
23. Vervolgings Statistieken
A.”Vanaf de geboorte van het pausdom in 606 tot op heden, word door zorgvuldige en betrouwbare
historici geschat, dat meer dan vijftig miljoen van het mensdom, door pauselijke vervolgers
afgeslacht zijn voor de misdaad van ketterij, een gemiddelde van meer dan veertig duizend religieuze
moorden voor elk jaar dat het pausdom bestaat.”- “History of Romanism,”pp.541, 542. New York:
1871.
B. “De Katholieke kruistocht tegen de Albigenzen in Zuid Frankrijk (van 1209-1229), onder Paus
Innocentius III., Honorius III, en Gregorius IX., was één van de bloedigste tragedies in de menselijke
geschiedenis. … Het aantal Albigenzen dat overleed in de twintigjarige oorlog word geschat tussen de
één en twee miljoen.”- Cushing B. Hassell, History of the Church of God, hoofdstuk XIV.
C. Dat de kerk van Rome meer onschuldig bloed heeft vergoten dan enig ander instituut dat ooit
heeft bestaan in de menselijke geschiedenis, zal door geen enkele Protestant, die een competente
wetenschap van geschiedenis heeft, in twijfel getrokken worden. De gedenktekens, inderdaad, van
veel van haar vervolgingen zijn zo schaars, dat het onmogelijk is om zich een volledig beeld te
vormen van het aantal van haar slachtoffers, en het is wel zeker dat men zich geen enkele
voorstelling kan maken van hun lijden.”- “History of the Rise and Influence of the Spirit of
Rationalism in Europe,”Vol.II, p.32. Londen: Longmans, Green, and Co., 1910.
D.”Het volledige aantal slachtoffers dat in Europa gemaakt is sinds het begin van de Reformatie?
Deels door oorlog, deels door de Inquisitie, en duizend andere methoden van Roomse wreedheid? En
dat in niet minder dan veertig jaar - als de berekeningen van een prominent schrijver juist zijn - dan
wel vijfenveertig miljoen!”- John Wesley, “Doctrine of Original Sin”, deel I, sectie II.8, 1757, Wesley’s
Works, uitgegeven door Thomas Jackson, vol.9,pp.217-19
E. 84 bladzijden Doc. “Estimates of the Number Killed by the Papacy in the Middle Ages and Later”-
David A. Plaisted
Sluit verwijzingen
24. Verandering van Sabbat naar Zondag
A.”Het was de kerk van God welgevallig, dat de religieuze viering van de Sabbatdag verplaatst zou
worden naar ‘de dag van de Heer’: want het is op die dag dat voor het eerst het licht scheen in de
wereld; dus door de opstanding van onze Verlosser op die dag, die voor ons de weg heeft geopend
naar het eeuwige leven, werden wij uit de duisternis naar het licht geroepen; zo zou het door de
Apostelen ‘de dag van de Heer’ genoemd worden.” Catechism of the Counsel of Trent,p.347
B.”Vraag – Welke is de Sabbatdag?”
“Antwoord – Zaterdag is de Sabbatdag.”
“Vraag – Waarom vieren wij zondag in plaats van zaterdag?”
“Antwoord – Wij vieren zondag in plaats van zaterdag omdat de Katholieke Kerk de heiligheid van
zaterdag naar zondag heeft verplaatst.” – Peer Geiermann, The Convert’s Catechism of Catholic
Doctrine (1946 ed.),p.50. Geiermann ontving de “apostolische zegening”van paus Pius X voor zijn
arbeid 25 Januari 1910.
C.”U kunt de Bijbel lezen van Genesis tot Openbaring, en u zult niet één zin vinden die de heiligheid
van zondag autoriseert. De Schrift legt het in acht nemen van de religieuze viering op zaterdag, een
dag die wij nooit hebben geheiligd.”-James Cardinal Gibbons, The Faith of Our Fathers (1917 ed.),
p.72,73.
D. Daar komt bij, dat er in de Schrift geen bewijs is dat God wilde dat de sabbat veranderd zou
worden van zaterdag naar zondag, dus zodat die niet-katholieken die de waarde van traditie niet
aannemen als een bron van geloof, de zaterdag nog steeds in acht zouden moeten nemen als de
sabbat.” This Is The Faith – Catholic Theology For Laymen, Francis J. Ripley, p. 176.
25. “Dienovereenkomstig hebben, tegen het einde van de Reformatie, twee van de meest
gerenommeerde professoren zichzelf erop toegelegd, elk verschillende methoden hanterend met
hetzelfde doel voor ogen, namelijk, de menselijke geest af te leiden de vervulling van de profetieën
met betrekking tot de Antichrist, in het pauselijke systeem, te begrijpen. De Jezuïet Alcasar wijdde
zichzelf volledig aan het in leven roepen van het Preterisme, wat wij al kort hebben gezien, en
trachtte zodoende aan te tonen dat de profetieën van de Antichrist vervuld waren nog vóór dat de
pausen over Rome heersten, en daarom niet van toepassing konden zijn op het pausdom. Anderzijds
probeerde de jezuïet Ribera de van toepassing zijnde profetieën op de pauselijke macht terzijde te
schuiven door het Futurisme uit te brengen, wat zegt dat deze profetieën zeer zeker niet verwijzen
naar de pauselijke loopbaan, maar naar dat van één of ander toekomstig individu, dat nog
verschijnen moet, en die in macht zal toenemen gedurende drie en een half jaar. Zodoende, zegt
Alford, kan men de Jezuïet Ribera, rond 1580 na Christus, beschouwen als de stichter van het
Futuristische systeem in moderne tijden.”- Joseph Tanner, ‘Daniël and the Revelation,’p.16,17.
Sluit verwijzingen
26. “De profetische lijn waarin deze symbolen gevonden worden begint in Openbaring 12, met de
draak die Christus bij Zijn geboorte wilde doden. De draak is Satan (Openbaring 12:9); Hij zette
Herodes aan tot het doden van de Verlosser. Maar het voornaamste werktuig dat Satan gebruikte in
zijn oorlog tegen het volk van Christus gedurende de eerste eeuwen van het Christelijke tijdperk, was
het Romeinse Rijk, waarin het heidendom de hoofdreligie was. Zodoende is de draak die in eerste
instantie Satan voorstelt, in tweede instantie een symbool van het heidense Rome.
In hoofdstuk 13 (verzen 1-10) wordt een ander beest beschreven,”een luipaard gelijk,”aan wie de
draak “gaf zijn kracht, zijn troon en grote macht.” Dit symbool, zoals de meeste protestanten
geloofden, stelt het pausdom voor, dat het oude Romeinse rijk opvolgde, dat ooit de macht, de zetel
en autoriteit bezat. Van het beest een luipaard gelijk wordt gezegd:”En het werd een mond gegeven
om grote woorden en godslasteringen te spreken…En het opende zijn mond om God te lasteren, om
Zijn Naam te lasteren en Zijn tent en hen die in de hemel wonen. En het beest werd macht gegeven
om oorlog te voeren tegen de heiligen en om hen te overwinnen, en hem werd macht gegeven over
elke stam, taal en volk.” Deze profetie, die bijna identiek is aan de beschrijving van de kleine hoorn in
Daniël 7, verwijst naar het pausdom.
“En het werd macht gegeven om dit tweeënveertig maanden lang te doen.” En, zo zegt de
profeet,”En ik zag één van zijn koppen als dodelijk gewond.” En wederom: ”Als iemand in
gevangenschap voert, die gaat zelf in gevangenschap. Als iemand met het zwaard doodt, die moet
zelf met het zwaard gedood worden.” De tweeënveertig maanden zijn hetzelfde als de “ tijd, tijden
en een halve tijd,”drie en een half jaar, of 1260 dagen, uit Daniël 7- de tijdsduur waarin de pauselijke
macht Gods volk zou onderdrukken. Deze periode, zoals in voorafgaande hoofdstukken is gezegd,
begon met de oppermacht van het pausdom, 538 na Christus, en eindigde in 1798. Toen werd de
paus door het Franse leger gevangen genomen, de pauselijke macht kreeg haar dodelijke wond, en
de voorspelling werd vervuld, “Als iemand in gevangenschap voert, die gaat zelf in gevangenschap.”
“Het Grote Conflict” Ellen White (The Great Controversy p.438,439)
Sluit verwijzingen
27. Katholieke Leer over scheiding van Kerk en Staat
A. Dat de Staat gescheiden moet zijn van de Kerk is een absoluut foute stelling, een meest
verderfelijke dwaling…Vandaar dat de Roomse pausen, naar dat omstandigheden dit vereisten, nooit
zijn gestopt de doctrine van scheiding van Kerk en Staat te weerleggen en te veroordelen. – Paus St.
Pius X, Vehementer Nos $3.
B. Echter, hoewel dit alles waar is, zou het een grote fout zijn om tot de conclusie te komen dat in
Amerika gezocht moet worden naar de meest gewenste status van de Kerk, of dat het universeel
wettig of raadzaam zou zijn dat Staat en Kerk, zoals in Amerika, apart en gescheiden moet zijn. Het
feit dat katholiciteit met u in goede toestand verkeert, nee, zelfs een welvarende groei geniet, is in
hoofdzaak toe te schrijven aan de vruchtbaarheid waarmee God Zijn kerk heeft begiftigd, op grond
van welke tenzij mensen of omstandigheden ingrijpen, zij zichzelf spontaan uitbreidt en propageert;
maar zij zou nog overvloediger vrucht dragen als, ter aanvulling van vrijheid, zij de voordelen van de
wetten zou genieten en het beschermheerschap van de publieke autoriteit.- Longinqua $6.
C. Er zijn er (die)…bevestigen dat de moraliteit van individuele personen geleid moet worden door de
goddelijke wet, maar niet de moraliteit van de Staat, omdat in publieke aangelegenheden aan de
geboden van God voorbij gegaan zou worden, en volledig terzijde geschoven zouden worden in het
kader van de wetten. Vandaar uit volgt de fatale theorie van de noodzaak van scheiding tussen Kerk
en Staat. Maar de absurditeit van een dergelijke theorie is manifest. De natuur zelf verkondigt de
noodzaak van de Staat die voorziet in middelen en mogelijkheden waarbij het de gemeenschap
mogelijk wordt gemaakt naar behoren te leven, dat wil zeggen, in overeenstemming met de wetten
van God. Want, aangezien God de bron is van alle goedheid en rechtvaardigheid, is het absoluut
belachelijk dat de Staat geen aandacht zou besteden aan deze wetten of deze weg zou doen door
tegengestelde daden. Trouwens, zij die autoriteit bezitten, zijn dit het gemenebest schuldig niet
enkel te voorzien in haar uiterlijke welzijn en leefomstandigheden, maar nog meer in dienstbaarheid
aan de ziel van de mensen in de wijsheid van hun wetgeving.- Libertus $18;cf. Pius XII, Summi
Pontifactus $65ff. En John XXIII, Pacem in Terris$57
D. Dat de burgergemeenschap God als haar Grondlegger en Ouder moet erkennen, en Zijn macht en
autoriteit moet gehoorzamen en eerbiedigen…Daarom verbiedt de gerechtigheid, en de rede zelf
verbiedt het, dat de Staat goddeloos zou zijn; of een handelwijze zou aannemen die in goddeloosheid
zou eindigen- namelijk, de vele religies (zoals zij dit noemen)als gelijkwaardig te benaderen, en deze
op overspelige wijze gelijke rechten en voorrechten toe te kennen. Aangezien dus het belijden van
één enkele religie nodig is in deze Staat, moet enkel die religie beleden worden die waarachtig is, en
die zonder moeilijkheden herkend kan worden, in het bijzonder in Katholieke Staten, omdat de
merktekens van waarheid, als het ware, hierin zijn gegraveerd. Daarom moeten de heersers van de
Staat deze religie behouden en beschermen, indien zij –zoals zou moeten – voorzien willen in
zorgvuldigheid en nut voor het welzijn van de gemeenschap. –Libertus $21.
E. Als gevolg, is de Staat, zoals deze is geconstitueerd, duidelijk gebonden te handelen naar de
veelvuldige en gewichtige verplichtingen die haar aan God bindt, door het openlijk belijdenis van
religie… Dus is het voor de Staat ook een zonde om geen zorg voor religie aan de dag te leggen als
zijnde iets wat buiten haar strekking valt, of als niet van voordeel zijnde; of om uit vele religieuze
vormen, die ene aan te nemen die haar welgevallig is; want wij zijn absoluut gebonden in het
aanbidden van God op de wijze die Hij kenbaar heeft gemaakt als zijnde Zijn wil. Daarom, dat allen
die heersen, de heilige naam van God zouden eren, en één van hun hoofdtaken is het om religie te
bevoorrechten, te beschermen, te beschutten onder het krediet en de sancties van de wetten, en
geen enkele maatregel te nemen of toe te passen die de veiligheid ervan in diskrediet zou kunnen
brengen. Dit is de verplichting waar heersers over het volk aan gebonden zijn. – Immortate Dei $6.
V. Maar deze lering wordt op twee manieren verstaan. Velen wensen dat Kerk en Staat geheel en al
gescheiden zouden moeten zijn, opdat zij ten opzichte van elk recht in de menselijke gemeenschap,
in instituten, gewoonten, en wetten, Staatsbekledingen, en het onderwijs van de jeugd, niet méér
acht zouden hoeven te slaan op de Kerk als dat zij niet bestond; en bovenal, de burgers zou toestaan
om hun eigen religie in privésfeer bij te wonen, indien zij dit zouden willen. Tegen zulken, zijn al de
argumenten door welke Wij het principe van scheiding van Kerk en Staat afkeuren, afdoende; met
uitdrukkelijke toevoeging van het volgende, dat het absurd is dat burgers de Kerk zouden
respecteren, terwijl de Staat op haar neerziet. –Libertas $39.
Sluit verwijzingen
28. Lucas 23:34
29. Johannes 3:15,16,18;5:24; 6:35,40,47; 11:25,26
30. Aflaten:
A. “…De Katholieke Kerk leert vervangend dat alleen aflaten de tijdelijke straf kunnen verlichten
gezien de zonden…”http:/en.wikipedia.org/wiki/Indulgence
B. “Het simpele feit dat de Kerk een aflaat verkondigt, impliceert niet dat deze verkregen kan worden
zonder dat de gelovige hier moeite voor doet. Van wat hierboven is gezegd, is het duidelijk dat de
ontvanger vrij moet zijn van de schuld van dodelijke zonden. Verder, voor plenaire aflaten, zijn over
het algemeen Communie en biecht vereist, terwijl voor gedeeltelijke aflaten, hoewel biecht niet
verplicht is, de formulacorde saltem contrito, d.w.z. “op z’n minst met een berouwvol hart”,
gewoonlijk wordt voorgeschreven. Wat betreft de vraag waar theologen over discussiëren of een
persoon in dodelijke zonde een aflaat voor de doden kan verkrijgen, zie PURGATORY (VAGEVUUR).
Ook is het nodig om de intentie te hebben, op z’n minst de gewoonte, om aflaten te verkrijgen. Als
laatste, gezien de aard van de zaak, ligt het voor de hand dat men goede werken moet doen –
gebeden, aalmoezen geven, kerkbezoek enz. – die voorgeschreven worden bij het toekennen van
een aflaat. Voor details zie “Raccolta.” – Catholic Encyclopedia
31. Lucas 16:29; 24:25,45; Johannes 5:39; Handelingen 17:11; Romeinen 15:4 Openbaring 1:1-3
Sluit verwijzingen
32. Raad van Toulouse 1229 na Chr. Canon 14
A. Ook verbieden wij dat leken is toegestaan om de boeken van het Oude of het Nieuwe Testament
te bezitten; tenzij iemand om reden van devotie zou wensen de Psalter of de Braviory voor
goddelijke diensten of de uren van de gezegende Maagd te bezitten; maar wij verbieden ten
strengste dat zij enige vertaling van deze boeken zouden krijgen. – Heresy and Authority in Medieval
Europe, uitgebracht met een inleiding door Edward Peters, Scolar Press, Londen, Copyright 1980
door Edward Perers, ISBN 0-85967- 621-8, p.194-195, citeren S.R. Maitland, Facts and Documents (
illustrative of the history, doctrine and rite, of the ancient Albigenses & Waldenses), Londen,
Rivington, 1832, p.192-194.
B. Bijbels mogen niet gelezen worden onafhankelijk van de interpretatie/permissie van de priester:
”Aangezien de ervaring leert dat, als het lezen van de Heilige Schrift in de landstaal algemeen
toegestaan wordt zonder uitzondering, er door de stoutmoedigheid van mensen meer schade dan
resultaat uit voort zal komen; het oordeel van bisschoppen en inquisiteurs dient hierbij als gids.
Bisschoppen en inquisiteurs mogen, in overeenstemming met het advies van de locale priester en
biechtvader, toestaan dat Katholieke vertalingen van de Bijbel gelezen worden door diegenen,
waarvan zij beseffen dat dergelijk lezen niet zal leiden tot schade maar tot toename van geloof en
vroomheid. De toestemming moet schriftelijk gegeven worden. Wie leest uit of in het bezit is van een
dergelijke vertaling zonder toestemming, kan niet van zijn zonden worden vrijgesproken totdat hij de
Bijbels heeft ingeleverd…”- The Reformation, door Hans J. Hillerbrand, copyright 1964 door SCM
Press Ltd and Harper and Row, Inc., Library of Congress Cataloof Kaart Nummer 64-15480, p.474,475.
C. Uit de Encycliek UBI PRIMUM van PAUS LEO XII, 5 MEI 1824:
17,U hebt een gemeenschap opgemerkt, algemeen bekend als de Bijbelgemeenschap, die zich
stoutmoedig verspreidt over de hele wereld. De tradities van de heilige Vaders afwijzend, en inbreuk
makend op het wel bekende decreet van de Raad van Trent, (16) werkt het kost wat kost aan het
vertalen van de heilige Schrift, of veeleer verkeerd vertalen, naar de landstalen van elke natie. Er is
gegoede reden voor angst dat ( zoals al eerder is voorgekomen in hun commentaren en in andere
opzichten door een verstoorde interpretatie van het evangelie van Christus) zij een evangelie van
mensen zullen produceren, of nog erger, een evangelie van de duivel!(17)
18. Om dit kwaad te voorkomen, hebben Onze voorgangers vele constituties uitgegeven. Het meest
recent schreef Pius VII twee brieven, één naar Ignatius, Aartsbisschop van Gniezno, de ander naar
Stanislaus, Aartsbisschop van Mohileu, zorgvuldig en verstandig passages uit de heilige geschriften en
uit traditie aanhalend, om te tonen hoe schadelijk voor het geloof en de moraal deze ellendige
onderneming is.
19. Op grond van Onze apostolische dienst, vermanen Wij u ook om kost wat kost uw kudde voor
deze dodelijke weiden te hoeden. Doe al het mogelijke om erop toe te zien dat gelovigen zich strikt
aan de regels van onze Congregatie van de Index houden. Overtuig hen ervan dat door Bijbels toe te
staan in de gewone taal, op grote schaal en zonder onderscheid, er door de onbezonnenheid van
mensen meer slecht dan goed uit zal voortkomen.
D. Uit de encycliek TRADITI HUMILITATI van Paus Pius vIII, 24 mei 1829:
5. Ook moeten wij omzichtig te werk gaan met hen die de Bijbel uitgeven met nieuwe interpretaties
die tegen de wetten van de Kerk ingaan. Op deskundige wijze verdraaien zij de betekenis met hun
eigen interpretatie. Zij drukken de Bijbel in hun landstaal en, ondanks ongelooflijk hoge kosten,
bieden deze vrijelijk aan, zelfs aan de ongeschoolde. Verder, zijn de Bijbels zelden zonder kleine
perverse toevoegingen ter verzekering dat de lezer hun fatale gif indrinkt in plaats van het reddende
water van verlossing. Lang geleden waarschuwde de Apostolische Stoel tegen dit ernstige gevaar
voor het geloof en stelde een lijst samen met de uitgevers van deze verdorven ideeën. De regels van
deze Index zijn uitgegeven door de Raad van Trent; (8) de uitvaardiging vereiste dat Bijbelvertalingen
in de landstaal niet waren toegestaan zonder de toestemming van de Apostolische Stoel en eiste
verder dat zij uitgegeven worden met commentaren van de Vaders. De heilige synode van Trent had
besloten (9) dat om onbeschaamde individuen te weerhouden, niemand, vertrouwend op zijn eigen
voorzichtigheid in zaken van het geloof en gedrag die de Christelijke leer betreft, de heilige Schriften
zou kunnen verdraaien naar zijn eigen mening, of naar een mening die tegengesteld is aan dat van de
Kerk en onze pausen. Hoewel dergelijk gekonkel tegen het Katholieke geloof lang geleden bestormd
is door deze canonieke voorschriften, hebben Onze voorgangers een bijzondere inspanning geleverd
om dit uitbreidende kwaad tegen te gaan. (10)Moge u ook met deze wapens ernaar streven om de
strijd van onze Heer te strijden die de heilige leringen in gevaar brengen, opdat dit dodelijke virus
zich niet in uw kudde zou verspreiden.
E. Uit de encycliek INTER PRAECIPUAS (Over Bijbelse Gemeenschappen) door Paus Gregory XVI, 8
mei 1844:
1. Onder de bijzondere plannen met welke niet-Katholieken samenzweren tegen wat de Katholieke
waarheden samenbindt om hun geest weg te draaien van het geloof, zijn de Bijbelgemeenschappen
prominent. Zij zijn eerst in Engeland ontstaan en zijn toen wijd en zijd verspreid zodat Wij hen nu zien
als een optrekkend leger, samenzwerend om in grote hoeveelheden kopieën van de boeken uit de
heilige Schrift uit te brengen. Deze zijn vertaald in allerlei soorten landstalen om zonder discriminatie
te verspreiden onder zowel Christenen als ongelovigen. Vervolgens nodigen de
Bijbelgemeenschappen iedereen uit ze zonder toezicht te lezen. Daarom is het net als toen Jerome in
zijn tijd klaagde: zij maken de kunst van het verstaan van de Schriften zonder leraar gelijk aan het
geratel van oude vrouwen en gekke oude mannen en verboden sofisten, en aan iedereen die kan
lezen, ongeacht zijn status. Inderdaad, wat is er zelfs nog absurder en meer ongehoord, zij sluiten
gewone mensen onder de ongelovigen niet uit deze soort kennis mee te delen.
4. Bovendien, wat het vertalen van de Bijbel naar de landstaal betreft, moesten zelfs vele eeuwen
geleden bisschoppen van tijd tot tijd nog strenger optreden toen zij bewust werden van het feit dat
dergelijke vertalingen gelezen werden tijdens geheime bijeenkomsten of uitgedeeld werden door
ketters. Inocent III gaf waarschuwingen aangaande de geheime bijeenkomsten van leken en
vrouwen, onder het voorwendsel van vroomheid, voor het lezen van de Schrift in het bisdom van
Mets.(12) Ook was er een bijzonder verbod afgekondigd van Bijbelvertalingen, hetzij in Gaul een
poosje later(13) of in Spanje vóór de zestiende eeuw.(14)
(Voetnoot#13: Raad van Toulouse (1229), can.14., als vermeld aan het begin van dit artikel)
11. …Wederom veroordelen wij al de bovengenoemde Bijbelgemeenschappen welke onze
voorgangers afkeurden. …Daarbij bevestigen en vernieuwen Wij door Onze apostolische autoriteit de
voorschriften die lang geleden zijn opgesteld en uitgegeven aangaande de publicatie, verspreiding,
het lezen, en het bezitten van vertalingen van de heilige Schrift in de landstaal.
12. …In het bijzonder, zie zorgvuldiger toe op diegenen die zijn aangesteld om openbare lezingen te
geven uit de heilige Schrift, opdat zij ijverig functioneren in hun functie binnen het begripsveld van
het publiek; onder geen enkel beding mogen zij het hoe dan ook wagen de goddelijke geschriften uit
te leggen of te interpreteren, tegengesteld aan de traditie van onze Vaders of de interpretaties van
de Katholieke Kerk.
Sluit verwijzingen
33. Johannes 10:30, Marcus 2:5-7
34. Van de Paus wordt geleerd dat hij God is
A. “De Paus en God zijn dezelfde, dus heeft hij alle macht in Hemel en aarde.” Citeerde Paus Pius V in
Barclay, Cities Petrus Bertanous hoofdstuk XXVII: 218;
B. “Te geloven dat onze Heer God de Paus niet de macht heeft, om te verordenen zoals hij verordend
is, is ketters…”- The Gloss of Extravagantes of Pope John XXII, Cum. Inter, titel 14, hoofdstuk 4, “Ad
Callem Sexti Decretalium”. Column 140 (Parijs, 1685). In een Antwerpse uitgave van de
Extravagantes, kunnen de woorden Dominum Deum Nostrum Papm (“Onze Heer God the Paus”)
gevonden worden in column 153. http://biblelight.net/Extravagantes.htm
C. De Paus is de plaatsvervanger van Jezus Christus op aarde …door goddelijk recht heeft de Paus de
oppermacht en volledige macht in geloof, in moraal van elke pastoor en zijn kudde. Hij is de ware
priester, het hoofd van de hele kerk, de vader en leraar van alle Christenen. Hij is de onfeilbaar
heerser, de stichter van dogma’s, de auteur van en de rechter van raadsorganen; de universeel
heerser van waarheid, de scheidsrechter van de wereld, de opperrechter van hemel en aarde, de
rechter van allen, door niemand geoordeeld, God Zelf op aarde…”- New York Catechism
D. “Niet enkel is de Paus de vertegenwoordiger van Jezus Christus, hij is Jezus Christus zelf,
verborgen onder de vleselijke sluier.”-Catholic National, Juli 1895
35. Johannes 18:36
36. Zie verwijzing #26
37. Johannes 15:10
38. Zie verwijzing #23