Tijdens
de Revolutie, in 1793, „hoorde de
wereld voor het eerst een groep
mannen die in een beschaafd land
geboren en opgevoed waren, en één
van de beste Europese staten leidden, gezamenlijk hun stem verheffen om de plechtigste waarheid die
een mens kan kennen te loochenen
en unaniem het geloof en de aanbidding van God te verwerpen”
(Sir Walter Scott, Life of Napoleon,
vol. 1, ch. 17).
„Frankrijk is het
enige land ter wereld dat zich als
staat openlijk heeft verzet tegen de
Schepper van het heelal en dit feit
in een bewaard gebleven oorkonde
heeft laten optekenen. Er zijn altijd
veel godslasteraars en ongelovigen
in Engeland, Duitsland, Spanje en
elders geweest, maar Frankrijk
neemt een unieke plaats in.
„Er was een nauwe band tussen de
wetten die de godsdienst afschaften en de nieuwe huwelijkswet, die
bepaalde dat het huwelijk - de heiligste verbintenis die twee mensen
kunnen aangaan en tegelijk ook de
instelling die door haar duurzaamheid één van de pijlers van de samenleving is - slechts een burgerlijk contract met een beperkte
looptijd was dat twee mensen naar
eigen goeddunken konden aangaan
en verbreken...
„De constitutionele bisschop van Parijs speelde de
hoofdrol in de schandelijkste klucht
die ooit ten aanschouwen van een
volksvertegenwoordiging is opgevoerd...
Met een godslasterlijke stoutmoedigheid die aan het ongelooflijke
grenst zei één van de priesters van
de nieuwe orde: „God, wreek je beledigde naam als je bestaat. Ik daag
je uit! Je zegt niets. Je durft niet te
bulderen. Wie zal nu nog geloven
dat je bestaat?” (Lacretelle, History,
vol. 11, p. 309; in Sir Archibald Alison, History of Europe, vol. 1, ch.
10).
„Deze waanzin
[het protestantisme] zal
de godsdienst niet alleen
in verwarring brengen en
vernietigen, maar het zal
ook alle vorsten, edellieden, wetten, rangen en
standen te niet doen”
(G. de Félice, History of the Protestants of France, b. 1, ch. 2, par. 8).
„Sire, laat u niet misleiden. De
protestanten zullen zowel het burgerlijke als het kerkelijke gezag
omverwerpen... De troon loopt
evenzeer gevaar als het altaar... De
invoering van een nieuwe godsdienst gaat altijd gepaard met de
invoering van een nieuwe staatsvorm” (D’Aubigné, History of the
Reformation in Europe in the Time
of Calvin, b. 2, ch. 36).
„Het zwaard van de vervolgingen werd voor de eerste keer
in Frankrijk getrokken om de troon
veilig te stellen, de adel te beschermen en de wetten te handhaven”
(Wylie, b. 13, ch. 4).
„Ik heb meer dan genoeg van
de bewering dat twaalf mannen het
christendom hebben gesticht. Ik zal
bewijzen dat er maar één man nodig
is om het teniet te doen.”